Ballonnetje doen? Blog over de houding van Utrechtse studenten tegenover het recreatief gebruik van lachgas

De laatste jaren wint de drug lachgas steeds meer aan populariteit onder uitgaande jongeren1. De drug is legaal verkrijgbaar en geeft een hallucinerend en trippend effect, dat kan leiden tot euforische gevoelens en lachbuien2,3. Maar veelvuldig gebruik brengt ook verschillende gezondheidsrisico’s met zich mee, zoals hoofdpijn, verwarring, neurologische stoornissen en verlamming2-7. Er zijn in de media alarmerende berichten verschenen over jongeren die meer dan 100 ballonnen per dag gebruiken. Tientallen van hen hebben daar dwarslaesies aan overgehouden8. De drugsbeoordelingscommissie beoordeelde het risico van lachgas voor de volksgezondheid ‘matig tot groot’9. Deze beoordeling was voor staatssecretaris Blokhuis aanleiding om een oproep te doen om lachgas toe te voegen aan de opiumlijst. Vanaf 2022 wordt bezit van en handel in lachgas illegaal10

Vorig jaar heb ik voor mijn scriptie onderzoek gedaan naar de houding en mening van Utrechtse studenten tegenover lachgasgebruik, met als doel het maken van een inschatting over de effectiviteit van een verbod op recreatief lachgasgebruik. Voor dit onderzoek heb ik een selecte steekproef uitgevoerd waarbij 82 studenten een vragenlijst hebben ingevuld. Vervolgens zijn 17 van hen, door middel van een quotasteekproef, benaderd voor een interview.  

Uit de antwoorden van de studenten bleek dat de meerderheid (59%) van de Utrechtse studenten geen lachgas gebruikt. Als zij dit wel doen, is dit altijd in het bijzijn van vrienden en op feestjes. Veelal wordt dit gebruik dan met alcohol gecombineerd. De voornaamste redenen die voor gebruik genoemd werden zijn de verwachte (korte termijn) positieve effecten. Uit andere bronnen blijkt dat na één inademing uit een ballon binnen 10 seconden een euforisch, aangenaam en vreugdevol gevoel wordt opgewerkt wat binnen enkele minuten weer verdwijnt2,3. Sociale media speelde in de resultaten van het scriptieonderzoek een veel minder grote rol bij het initiëren van lachgasgebruik dan op basis van eerder onderzoek10 verwacht werd. 

Studenten die geen lachgas gebruiken, gaven aan dat zij er geen behoefte aan hebben, tegen het gebruik van drugs zijn en het niet nodig hadden om een leuk feestje te hebben. Bovendien schatten zij vaker in dat het gebruik van lachgas schadelijke effecten heeft, terwijl veel lachgasgebruikers de risico’s van hun eigen gebruik lijken te bagatelliseren. Vrijwel allemaal gaven zij aan dat zij lachgas niet als noemenswaardige drug beschouwen, vanwege de laagdrempeligheid ervan. 

Lachgas is makkelijk verkrijgbaar en de effecten duren relatief kort11,12. Het lijkt aannemelijk dat de eenvoudige beschikbaarheid het gebruik stimuleert. Studenten gaven aan dat een verbod op lachgas hen niet zou weerhouden om te gebruiken, maar dat een gebrek aan beschikbaarheid als gevolg van het verbod hun gebruik wel zou laten afnemen. Bovendien kan een verbod aandacht vestigen op de schadelijke gevolgen van lachgas, waardoor de risicoperceptie wordt vergroot en gebruik verminderd kan worden13. Aan de andere kant kan een verbod er ook voor zorgen dat er juist meer nieuwsgierigheid gewekt wordt, omdat het verboden is en daardoor spannender om te gebruiken. Er wordt daarom verwacht dat een verbod op lachgas het gebruik enigszins zal doen afnemen, maar dat het effect beperkt zal blijven. 

Deze blog werd geschreven door Thirza Ham voor de cursus Recente Ontwikkelingen in Risicogedrag, master PWO (Radboud Universiteit), 2021. 

Referenties
1. Van Laar, M.W., Cruts, A. A. N., van Miltenburg, C. J. A., Strada, L., Ketelaars, A. P. M., Croes, E. A., … Meijer, R. F. (2019). Nationale Drug Monitor: Jaarbericht 2019. Utrecht/Den Haag: Trimbos-instituut/WODC.
2. Van Amsterdam, J., Nabben, T., & van den Brink, W. (2015). Recreational nitrous oxide use: Prevalence and risks. Regulatory Toxicology and Pharmacology73(3), 790–796. doi:10.1016/j.yrtph.2015.10.017
3. Voogt, L., & van Pelt, H. (2019). Wat weet u van lachgas?. Tandartspraktijk40(7), 8–12. doi:10.1007/s12496-019-0091-0
4. Garakani, A., Jaffe, R. J., Savla, D., Welch, A. K., Protin, C. A., Bryson, E. O., & McDowell,          D. M. (2016). Neurologic, psychiatric, and other medical manifestations of nitrous oxide abuse: A systematic review of the case literature. The American Journal on Addictions25(5), 358-369. doi:10.1111/ajad.12372
5. Glijn, N. H. P., van der Linde, D., Ertekin, E., Van Burg, P. L. M., Grimbergen, Y. A., &    Libourel, E. J. (2017). Is nitrous oxide really that joyful. The Netherlands Journal of Medicine75(7), 304-306.
6. Keddie, S., Adams, A., Kelso, A. R., Turner, B., Schmierer, K., Gnanapavan, S., … Noyce, A. J. (2018). No laughing matter: subacute degeneration of the spinal cord due to nitrous oxide inhalation. Journal of Neurology265(5), 1089-1095. doi:10.1007/s00415-018-8801-3
7. Monshouwer, K., Van der Pol, P., Drost, Y. C., & Van Laar, M. W. (2016). Het Grote Uitgaansonderzoek 2016: Uitgaanspatronen, middelengebruik en preventieve maatregelen onder uitgaande jongeren en jongvolwassenen. Utrecht: Trimbos-instituut.
8. Thijssen, W. (2020, June 25). Tientallen dwarslaesies als gevolg van lachgasgebruik. Retrieved October 17, 2021, from https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/tientallen-dwarslaesies-als-gevolg-van-lachgasgebruik~b939eba5/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F
9. Coördinatiepunt Assessment en Monitoring nieuwe drugs [CAM], Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. (2019). Risicobeoordeling lachgas. Geraadpleegd op 6 juni 2020 van https://www.rivm.nl/documenten/cam-rapport-risicobeoordeling-lachgas
10. Rijksoverheid. (2019, 9 december). Blokhuis verbiedt lachgas door plaatsing onder Opiumwet. Geraadpleegd op 6 juni 2020 van https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2019/12/09/blokhuis-verbiedt lachgas-door-plaatsing-onder-opiumwet
11. Nabben, T., van der Pol, P., & Korf, D. J. (2017). Roes met een luchtje: Gebruik, gebruikers en markt van lachgas. Amsterdam: Rozenberg Publishers.
12. Luijk, S. J., & Nijkamp, L. M. (2019). Recreatief lachgasgebruik en gezondheidsrisico’s. JGZ Tijdschrift Voor Jeugdgezondheidszorg51(1), 2–7. doi:10.1007/s12452-018-00166-z
13. Blocker, J. S. (2006). Did Prohibition Really Work? Alcohol Prohibition as a Public Health Innovation. American Journal of Public Health96(2), 233–243. doi:10.2105/ajph.2005.065409

Eén reactie

Laat een reactie achter bij Gerrit HamReactie annuleren